Zomerse traybake met koolrabi en raapstelenpesto

Raapstelen zijn het jonge loof van de meiknollen. Ze zijn heel veelzijdig en kunnen op veel verschillende manieren worden bereid. Vandaag maken we er een heerlijke pesto mee, maar je kunt ze ook bakken of als salade eten. De licht pittige smaak van raapstelen doet denken aan die van mosterd of rucola.

Bereiding (35 min)

1. Verwarm de oven voor op 200 ºC en bekleed een bakplaat met bakpapier.
2. Was of schil de aardappels en schil de koolrabi. Snijd alles in kleine gelijke, niet al te grote, stukken. Pel de ui en snijd in partjes. Pel de knoflook.
3. Doe alles in een ruime kom en meng met olie, zout en peper. Pers de knoflook erboven uit, spreid alles uit over de bakplaat en rooster 20-25 minuten in de voorverwarmde oven. Schep halverwege om. Leg 5-10 minuten voor de eindtijd de tomaatjes op de bakplaat bij de aardappels en koolrabi en bak mee. Zet eventueel de laatste minuut de ovengrillstand aan.
4. Maak intussen de raapstelenpesto. Was de raapstelen in een zeef onder de kraan en verwijder eventueel de worteltjes. Mix of hak de raapstelen, de helft van de hazelnoten en de helft van de geraspte kaas, limoenrasp en -sap en de overgebleven olijfolie (extra vierge) in een hakmolen of met een staafmixer tot een pesto. Kruid met zout en peper.
5. Serveer de traybake en verdeel de raapstelenpesto er over. Garneer met de overgebleven hazelnoten en geraspte kaas.