Verwarm de oven voor op 230 ºC en bekleed een bakplaat met bakpapier. Leg het flammkuchen deeg op de bakplaat en bak 3-5 minuten in de hete oven. Haal het deeg even uit de oven en leg opzij.
Maak intussen de spruitjes schoon en snijd in plakjes. Schil de wortelpeterselie en snijd in kleine dobbelsteentjes. Verhit olie in een bakpan en bak de spruitjes en wortelpeterselie al omscheppend in 5 minuten beetgaar. Kruid met peper en zout.
Was de boerenkool, verwijder de harde nerven en snijd of scheur klein. Doe de boerenkool in een kom, besprenkel met olie en kruid met zout en peper. Masseer enkele minuten met je handen. Op deze manier breek je de harde vezels en verzacht je de smaak. Bak de boerenkool 2 minuten met de spruitjes en wortelpeterselie mee.
Pel de ui en snijd in partjes of dunne ringen. Verdeel 3/4 van de Légumaise over de flammkuchen en beleg met de voorgebakken groenten en ui. De rest van de Légumaise verdun je met een beetje water. Alle groenten wat niet op de flammkuchen past kun je ernaast serveren.
Strooi de pijnboompitjes over de flammkuchen en bak nog circa 10 minuten in de hete oven (pas op dat de boerenkool niet verbrandt). Lepel voor het serveren de overgebleven Légumaise erover.
TIPJe kunt de gemasseerde boerenkool ook apart serveren als salade naast of op de flammkuchen.
II
Als je denkt aan wintergroenten denk je aan boerenkool en spruitjes. Maar heb je ook wel eens gehoord van wortelpeterselie? Wij zijn er dol op, want deze groente is heel veelzijdig en lekker. Qua uiterlijk lijkt hij wel wat op pastinaak, maar qua smaak zeker niet. Het blad van wortelpeterselie kan op dezelfde manier worden gebruikt als peterselie, vandaar de naam.