Breng een pan met water en een snuf zout aan de kook. Spoel de bulgur in een zeef onder de kraan en kook in 12 minuten gaar. Giet daarna het water af en laat afgedekt nagaren.
Pel de sjalot en snijd in ringen. Spoel de kikkererwten in een zeef onder de kraan. Hak de walnoten in grove stukken. Verwarm een bakpan met olie en bak de sjalot, kikkererwten en de walnoten 5-7 minuten op een laag vuur. Kruid met peper en zout.
Snijd ondertussen de witlof in smalle reepjes. Rasp de schil van de sinaasappel in een bakje. Pel de sinaasappel en snijd in partjes. Snijd de peterselie klein. Schep in een kom de witlof met de sinaasappelpartjes, kikkererwten, sjalot, walnoten en de helft van de peterselie door elkaar. Breng op smaak met peper en zout.
Klop de yoghurt los met de rest van de peterselie, sinaasappelrasp, olijfolie extra vierge, azijn, zout en peper.
Serveer de bulgur met de frisse lentesalade en het yoghurtsausje.
TIPHeb je liever een warm gerecht? Je kunt de witlof ook op een hoog vuur kort aanbakken met wat rasp van de sinaasappelschil. Ook lekker met een beetje honing.
II
Witlof is een bladgroente die in het donker geteeld wordt! In de supermarkt ligt de witlof dan ook vaak in donkere bakken. Als er licht bij de witlof komt kleur deze groen en wordt de smaak een stuk bitterder. De sinaasappel in dit recept balanceert de bittere smaak van witlof heel goed uit, en het zure van de yoghurt smaakt er heerlijk bij.