Breng een pan met een klein laagje water aan de kook. Schil de wortelpeterselie, snijd klein en kook in 15 minuten gaar. Giet vervolgens het water af en stamp of pureer tot een puree.
Pel de knoflook. Was de wortels en rasp ze met een keukenmachine of een rasp. Snijd de helft van de bieslook klein. Doe de wortels in een kom en meng met het losgeklopte ei en de bieslook. Voeg het meel en de sojasaus toe en pers de knoflook erboven uit. Breng op smaak met peper. Het geheel is nog plakkerig, maar dat hoort zo.
Verhit olie in een bakpan en vorm met 2 lepels een hoopje wortelrasp en leg deze in de pan (gebruik bijvoorbeeld bakringen). Druk plat met de bolle kant van de lepel. Vorm zo van het wortelmengsel allemaal ‘koekjes’ in de pan. Bak de wortelkoekjes op een middelhoog vuur aan weerszijden gaar en goudbruin (10-15 minuten).
Pel de ui en snijd in ringen. Verhit olie (of roomboter als je dat lekkerder vindt) in een andere bakpan en bak de varkensfiletlapjes op een middelhoog vuur goudbruin en gaar (4-5 minuten). Voeg de laatste 2 minuten de ui toe.
Serveer de varkensfiletlapjes met de wortelkoekjes en de puree ernaast.
TIPDe wortelkoekjes zijn ook erg lekker met fijngehakte nootjes of panko.
II
Wortelpeterselie lijkt qua uiterlijk op een pastinaak, maar deze witte wortel is wat kleiner en dunner. De smaak is ook heel anders. Wortelpeterselie smaakt als gewone bladpeterselie, is rijk aan vitamine A1, B2 en C en heeft veel waardevolle mineralen. Je kunt de wortelpeterselie ook raspen en rauw eten in een salade.